Basiskwaliteit Natuur is een relatief nieuw begrip over de kwaliteit van de Nederlandse natuur. Het moet leiden tot een gezamenlijke inspanning om de natuurkwaliteit van landschappen te verbeteren en duurzaam in stand te houden. Dit is nodig omdat veel algemene soorten zoals konijn, huismus, gewone pad en allerlei insectensoorten in aantal afnemen.
Het gaat bij Basiskwaliteit Natuur om een meetbaar kwaliteitsniveau van de natuur, met name buiten de natuurgebieden. Het geeft aan wanneer een bepaalde locatie voldoet aan een minimale standaard van de aanwezigheid van algemene, wijdverspreide wilde planten en dieren. De algemene condities van veel Nederlandse landschappen – zowel agrarisch als stedelijk – voldoen momenteel niet aan de ondergrens voor basiskwaliteit. We weten dit via metingen en waarnemingen die voor heel Nederland worden verzameld.
Basiskwaliteit moet meetbaar bijdragen aan het herstel van biodiversiteit. Het realiseren van het landschap en de milieucondities tot minimaal basiskwaliteit vormt een aanvulling op wetgeving en richtlijnen. Er zijn meerdere routes om basiskwaliteit te bereiken. Soms moeten vooral op milieugebied aanpassingen plaatsvinden in het landschap, op andere plekken gaat het bijvoorbeeld om het verminderen van oppervlaktes steen en asfalt.
Het realiseren van Basiskwaliteit Natuur geeft ook een belangrijke bijdrage aan de effectiviteit van de bescherming van soorten in natuurgebieden. De huidige slechte condities buiten natuurgebieden werken nu op een negatieve manier door in de natuurgebieden waar de zeldzame en kwetsbare soorten beschermd worden.
Het doel van Basiskwaliteit Natuur is om de milieu- en landschappelijke condities te bereiken en te behouden zodat algemene inheemse soorten planten en dieren algemeen kunnen blijven of weer algemeen kunnen worden.
Er wordt door verschillende partijen hard gewerkt om de achteruitgang van de biodiversiteit tegen te gaan. Boeren proberen weide- en akkervogels te behouden, bedrijven leggen bijenlinten aan, burgers vergroenen tuinen en schoolpleinen, gemeenten maaien insectenvriendelijk en veel provincies starten projecten voor provinciale icoonsoorten. Prima acties, maar veelal gericht op losse symptomen. Basiskwaliteit gaat verder.
De kwaliteit van de natuur is direct afhankelijk van de kwaliteit van de omgeving.
In deze illustraties is voor het hoevelandschap, oud loofbos en weidelandschap aangegeven welke factoren de Basiskwaliteit ondermijnen. Dat is gedaan via zogenaamde ‘overshoot’ figuren, waarin oranje en rood betekenen dat een conditie voor dat landschapstype (meestal) niet op orde is, en groen (meestal) wel.
De parels van de Nederlandse vogelnatuur zijn de kust en de waterrijke gebieden. Voor miljoenen vogels zijn deze plekken - Waddenzee, Zuidwestelijke Delta en het IJsselmeergebied - van wezenlijk belang.
Goed stedelijk groen zorgt voor verkoeling in de zomerhitte, zuivert de lucht en biedt volop ruimte aan mede-stadsbewoners, zoals huismus, gierzwaluw, merel of gewone dwergvleermuis. Kijk voor inspiratie en oplossingen op