Great Reed Warbler, Acrocephalus arundinaceus - Rietzangers (Acrocephalidae)
Rode lijst
De grote karekiet is een zangvogel met een stevig postuur en een typische rietbewoner. Van alle rietzangers is de grote karekiet het meest gebonden aan stevige rietkragen in diep water aan de randen van plassen, strangen en meren. Grote karekieten leven vooral van insecten, die in riet en ruigtevegetaties verzameld worden. Het zijn trekvogels, die de winter doorbrengen in tropisch Afrika.
Een karakteristieke rietvogel, bruin van boven en vuilwit van onderen, maar een stuk groter dan de kleine karekiet met krachtige snavel en contrastrijkere, opvallende wenkbrauwstreep. Luide zang zeer kenmerkend, met harde rauwe "krrr-krrr-kiet-kiet"-tonen. Geen verschil tussen mannetje en vrouwtje.
Luide zang zeer kenmerkend, met harde rauwe "krrr-krrr-kiet-kiet"-tonen.
16-20 cm
Grote karekieten zijn gebonden aan stevig stromingsriet dat in meer dan 30 cm diep water groeit. Ze broeden in smalle of brede rietkragen, zoals langs oevers, maar nog liever als het riet door water omringd wordt. Nadat de eerste grote karekieten eind april terugkomen, begint het broeden vanaf half mei tot midden juli. De mannetjes proberen meerdere vrouwtjes in het territorium te lokken; een deel van de vrouwtjes kiest voor hetzelfde mannetje. Vrouwtjes bouwen zelfs zogenoemde supernesten om de mannetjes te verleiden hun jongen te voeren. De mannetjes kunnen dus meerdere nesten in een voorjaar grootbrengen terwijl een vrouwtje er maar één grootbrengt. De vrouwtjes leggen 4-5 eieren . Broedduur 13-15 dagen. De jongen zitten 10-15 dagen in het nest.
Stevig riet in diep water is van het grootste belang voor grote karekieten. Dat riet gedijt het beste als meren afwisselend tussen jaren droogvallen en vollopen. Helder water met veel insecten is essentieel. Mede door onzorgvuldig beheer en begrazing door watervogels zijn stromingsrietkragen hard achteruit gegaan.
Voedsel bestaat voornamelijk uit insecten, de soort kan door zijn formaat grotere prooien aan dan zijn familiegenoten. Grote karekieten vangen prooien in de vegetatie zoals kruiden, riet, bomen maar ook in water. Het insectenmenu wisselen ze dan ook af met kikkertjes en visjes.
Lange-afstandstrekker. Verlaat Europa in juli-september en trekt over de Sahara. Nederlandse grote karekieten overwinteren in een zone van Senegal tot Ivoorkust. Dit overlapt met groet karekieten die broeden in Zweden, Duitsland en Spanje. . Begint eind maart langzaamaan met terugtrek, arriveert in Nederland vanaf eind april, maar vooral in mei.
zeer schaarse broedvogel | wegtrekkend
De grote karekiet is van oudsher een vogel van laagveenmoerassen, het rivierengebied en binnendijkse kreken in de Delta. Op de zandgronden is hij altijd zeldzaam geweest. In de eerste decennia van de vorige eeuw bedroeg het Nederlandse broedbestand waarschijnlijk vele duizenden paren. Al vanaf de jaren vijftig wordt gesproken van een afname en rond 1975 is het bestand erg geslonken. Nadien heeft de afname zich onverminderd voortgezet, met een duidelijke neergaande trend bij metingen in 1992 en 2013.
Aantal broedparen | 135-150 (in 2023) |
Geschat maximum aantal overwinteraars | aantal onbekend |
Doortrekkers | Broedvogel - wegtrekkend |
Bron: sovon.nl
Meer weten over trends? Kijk op sovon.nl.
Bron en meer waarnemingen: Waarneming.nl
De huidige kerngebieden van de soort zijn de Loosdrechtse Plassen, de noordelijke Randmeren (Zwarte Meer, Drontermeer, Ketelmeer en Vossemeer), en de Gelderse Poort. Kan in het voorjaar verspreid over heel Nederland opduiken.
De grote karekiet komt voor op die breedtegraden met een gemiddelde dagtemperatuur in juli tussen de 17 en 32 graden Celsius. In het Verenigd Koninkrijk ontbreekt de soort, in Scandinavië komt de grote karekiet alleen voor in Zuid-Zweden en in zuidelijk Finland. Rusland, Wit-Rusland en landen in centraal Europa zoals Hongarije, Bulgarije en Roemenië zijn belangrijke broedgebieden.
De grote karekiet staat op de Rode Lijst van Nederlandse broedvogels als 'bedreigd'. Er resteren nog drie kernen: de noordelijke Randmeren, Loosdrechtse Plassen en de Gelderse Poort. Sinds de jaren vijftig van de vorige eeuw met 90% in aantal afgenomen.
Het gaat ronduit slecht met deze vogelsoort in Nederland. De belangrijkste oorzaak voor de achteruitgang is de afname van waterrietzones door een tegennatuurlijk peilbeheer, versterkt door een toegenomen vraat door watervogels van riet. Recent is het ook duidelijk geworden dat het terugdringen van voedingsstoffen in het water beperkend is voor optimale rietgroei. Het riet wordt ijl en dun en daarmee ongeschikt. Dat wordt versterkt als de bodem waar het riet groeit ook voedselarm is. Uit onderzoek blijkt ook dat het voedsel (insecten) geen beperkende factor is. In het westelijk rivierengebied heeft het wegvallen van het zoetwatergetij geleid tot het verdwijnen van veel stromingsriet.
Verder kan lokaal verstoring door vaarrecreanten en vernieling van de broedplaatsen door - al dan niet goedwillende - waterrecreanten en vissers een rol spelen. Hier wreekt zich het feit dat de grote karekiet de buitenste rietgordel nabij open water prefereert. Er zijn geen aanwijzingen dat problemen tijdens de trek in de overwinteringsgebieden een rol speelt bij de afname. De grote karekiet maakt deel uit van het Actieplan Bedreigde Vogels van Vogelbescherming.
Rode Lijsten bevatten soorten die bedreigd worden of kwetsbaar zijn. Rode Lijsten hebben geen officiële juridische status, maar hebben in de praktijk wel een belangrijke signaleringfunctie. Voor deze soorten geldt een hogere prioriteit bij het nemen van actieve beschermingsmaatregelen, bijvoorbeeld door hun leefgebieden te verbeteren. Download het Basisrapport voor de Rode Lijst Vogels volgens Nederlandse en IUCN–criteria.
Vogelbescherming is in 2016 samen met een aantal partners en onderzoekers een actie begonnen om de grote karekiet te helpen in Nederland. We verbeteren rietkragen en onderzoeken het effect van de maatregelen. Nauw betrokken zijn de Wetlandwachten van Vogelbescherming. Verder zet Vogelbescherming zich via BirdLife International ook in voor internationale vogelbescherming en de bescherming van trekwegen. Dat is belangrijk voor lange-afstandstrekkers.
Alleen goed beheerde moerassen en rietkragen kunnen voorkomen dat de grote karekiet in Nederland uitsterft. Dan gaat het om het toelaten van fluctuaties in het waterpeil in voedselrijke wateren, en daarmee het behoud van stevige rietkragen. Ook moet de aanleg van beschoeiingen worden tegengegaan, waardoor waterriet verdroogt en verruigt. Als riet door een storm is omgewaaid is het beter om het in de winter weg te maaien. Pas op dat je geen stromingsriet maait dat er goed bij staat. Een ander probleem dat om goed beheer vraagt, is dat de bomen zich flink uitbreiden aan de oevers van de meren en eilanden. Het riet komt zo in de knel. De grauwe ganzen vreten daarnaast ook nog eens stukken riet weg. Het is dus dringend noodzakelijk om maatregelen te treffen om de kwaliteit van deze overjarige rietkragen te herstellen.
De grote karekiet is een beschermde inheemse vogelsoort. Net als alle andere vogels die van nature in het wild in Nederland voorkomen, zijn grote karekieten beschermd op grond van de Europese Vogelrichtlijn. De bescherming van de grote karekiet wordt in Nederland geregeld door de Omgevingswet.
De wet verbiedt het om zonder omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit:
Uitzonderingen op de vergunningplicht zijn opgenomen in de wet en bijbehorende uitvoeringsregelgeving. De provincie (en in sommige gevallen het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) kan een omgevingsvergunning verlenen die toestaat in strijd met de verboden te handelen. Daarnaast kan de provincie (en in sommige gevallen het Rijk) vergunningvrije gevallen aanwijzen. Aan beide zijn strenge voorwaarden verbonden.
De wet bevat daarnaast algemene regels voor in het wild levende vogels:
De wet biedt bescherming aan alle in gebruik zijnde nesten en rustplaatsen van vogels, inclusief de functionele omgeving om het broeden succesvol te laten zijn. De nestbescherming geldt voor alle soorten gedurende het broedseizoen en voor een beperkt aantal soorten jaarrond. Nesten van grote karekieten zijn alleen gedurende het broedseizoen beschermd.
Verschillende broedgebieden van grote karekieten zijn aangewezen en beschermd als Natura 2000-gebied. Het gaat onder andere om het Ketelmeer & Vossemeer, Naardermeer en de Oostelijke Vechtplassen. Voor deze gebieden gelden strenge regels voor alle activiteiten die mogelijk negatieve gevolgen kunnen hebben op de natuurwaarden waarvoor het gebied is aangewezen.
© Foto's: AGAMI © Illustraties vogels: Elwin van der Kolk © Video's: Natuur Digitaal