Garganey, Spatula querquedula - Eenden (Anatidae)
Rode lijst
Zomertalingen zijn prachtige eenden die broeden in open moerassen en agrarisch gebied met voedselrijke sloten en ondiepe plassen, voorzien van rijke, niet al te hoge en dichte water- en oevervegetatie. Het nest bevindt zich in dichte kruidenvegetatie of in een graspol. Het voedsel bestaat uit allerlei plantaardig en dierlijk materiaal, en wordt op of net onder de waterspiegel verzameld. Zomertalingen zijn langeafstandstrekkers die ten zuiden van de Sahara overwinteren, onder meer in de Sahel.
De mannetjes met een paarsbruine kop en een opvallende oogboog als een witte halve maan. De borst is bruin, de flanken fijn grijs gebandeerd en de spitse schouderveren zijn zwart-wit met een blauw accent. Vrouwtjes lijken sterk op vrouwtjes wintertaling maar zijn groter, missen de witte streep op de staartzijde en hebben een vaag gestreepte kop. In vlucht opvallend lichtblauwe voorvleugel.
Mannetje heeft een kenmerkende droge, korte, krakende roep, een beetje kikkerachtig. Vrouwtje heeft een hoge kwaak.
37-41 cm, spanwijdte 58-69 cm
Start met broeden tussen april en mei en de broedtijd duurt tot uiterlijk juli. Heeft één legsel van meestal 8 tot 11 eieren. Het nest bevindt zich in dichte oevervegetatie. Broedduur: 21-23 dagen). Broedt in paartjes of losse groepen, maar is doorgaans wel vrij territoriaal. De jongen kunnen na 35-40 dagen vliegen.
Drassige en moerassige gebieden met een goede waterkwaliteit en veel water- en oeverplanten zijn een ideale broedplaats voor de zomertaling. Ook in graslandgebieden met veel hooiland en open water. Buiten het broedseizoen zoekt de zomertaling bij voorkeur grote zoetwatermeren op, met veel drijvende en oevervegetatie. Gedurende de trek bezoeken ze om te rusten eveneens kwelders en lagunes langs de kust.
Zomertalingen zijn omnivoor, maar hun dieetvoorkeur verschilt duidelijk per periode. In de winter eten ze met name plantaardig materiaal, zoals zaden, waterplanten en gras. In de lente en de zomer komen daar insecten(larven) en week- en waterdieren bij.
In juli trekt de zomertaling vanuit de broedgronden in Europa naar het overwinteringsgebied in Noord- en Midden-Afrika. Daar trekt de soort dan nog over kleine afstanden op zoek naar de meest geschikte en voedselrijke locaties. Gedurende de trek scholen ze in grote groepen samen in rust- en foerageergebieden. Zo zeldzaam als ze bij ons zijn geworden, zo massaal komen ze nog voor in het overwinteringsgebied dat ten zuiden van de Sahara ligt, in de Sahel. Op en rond het Tsjaadmeer bijvoorbeeld overwinteren massa’s zomertalingen uit heel het verspreidingsgebied. In februari trekt de soort weer noordwaarts. Komt in Nederland aan in maart-april.
schaarse broedvogel | wegtrekkend | doortrekker in klein aantal
Het gaat niet goed met de Nederlandse zomertalingen. Het aantal is de laatste jaren zo gedaald dat de soort op de Rode Lijst van bedreigde vogelsoorten is beland. Ten opzichte van begin jaren zestig is de stand met zo'n 85% afgenomen. Toen was het een algemeen voorkomende vogel. Ook in andere landen zet deze afname door
Aantal broedparen | 1000-1500 (in 2018-2020) |
Geschat maximum aantal overwinteraars | 1-5 (in 2013-2015) |
Doortrekkers | 500-2000 (in 2008-2012) |
Bron: sovon.nl
Meer weten over trends? Kijk op sovon.nl.
Bron en meer waarnemingen: Waarneming.nl
Om bij ons zomertalingen te zien, kun je het beste slootjes en ondiepe plasjes afzoeken in weidevogelrijke gebieden. Let vooral ook op het geluid! Want de mannetjes hebben een vreemde, krakende roep, die wel wat op die van een kikker lijkt. De graslanden bij de Lepelaarsplassen in Flevoland vormen een goede plek.
Zomertalingen zijn in een zeer groot deel van Europa en Azië te vinden als broedvogel. Van Finland tot Denemarken en van zuidelijk Frankrijk tot aan Griekenland.
De zomertaling staat op de Rode Lijst van Nederlandse broedvogels als 'bedreigd'. Ten opzichte van 1950 is de soort met 90% afgenomen.
De afname van de zomertaling heeft alles te maken met de grote veranderingen op de Nederlandse weidegronden en hooilanden. De ontwatering, het egaliseren van reliëfrijke graslanden, de toenemende veebezetting en de steeds vroegere eerste maaidatum; al deze - met elkaar samenhangende - factoren hebben de soort geen goed gedaan. Immers, zowel het vergaren van voedsel als het vinden van een goede nestplaats zijn er niet eenvoudiger op geworden. Een bijkomend probleem is de steeds verder oprukkende bebouwing in het Groene Hart van de Randstad, één van de belangrijkste broedgebieden voor de soort. Het ziet ernaar uit dat de zomertaling het op weidegronden met een 'normaal' agrarisch beheer niet zal kunnen bolwerken. In de Sahel - het overwintersgebied - speelt droogte de soort parten en onderweg is de zomertaling niet veilig voor jagers.
Rode Lijsten bevatten soorten die bedreigd worden of kwetsbaar zijn. Rode Lijsten hebben geen officiële juridische status, maar hebben in de praktijk wel een belangrijke signaleringfunctie. Voor deze soorten geldt een hogere prioriteit bij het nemen van actieve beschermingsmaatregelen, bijvoorbeeld door hun leefgebieden te verbeteren. Download het Basisrapport voor de Rode Lijst Vogels volgens Nederlandse en IUCN–criteria.
Vogelbescherming pleit voor een ander soort landbouw in Nederland via onder meer de campagne Red de Boerenlandvogels. Een type landbouw waarbij de natuur een plek op het boerenbedrijf heeft, maar waarbij boeren ook meer verdienen aan hun producten, zodat er ook een duurzame financiering van die grote natuurlijke rijkdom ontstaat. De zomertaling profiteert direct van hoger waterpeil en plasdrasgebieden zoals die wél te vinden zijn bij onder meer de boeren van het netwerk boerenlandvogelboeren van Vogelbescherming. Vogelbescherming zet zich ook in BirdLife-verband in voor de zomertaling. Bijvoorbeeld door te ageren tegen de jacht tijdens de trek in onder meer Frankrijk en voor leefgebiedsherstel in de Sahel, via onder andere het programma Living on the Edge.
Zomertalingen kunnen worden aangetrokken met hoge waterpeilen, plas-dras-gebieden en de aanleg van moerasjes. De soort is ook geholpen met extensief slootkantbeheer en laat maaien. Dat vraagt om een ander soort landbouw in Nederland. Zo'n aanpak is schaars, maar bijvoorbeeld te zien bij de boeren van het boerenlandvogelboerennetwerk van Vogelbescherming.
De zomertaling is een beschermde inheemse vogelsoort. Net als alle andere vogels die van nature in het wild in Nederland voorkomen, zijn zomertalingen beschermd op grond van de Europese Vogelrichtlijn. De bescherming van de zomertaling wordt in Nederland geregeld door de Omgevingswet.
De wet verbiedt het om zonder omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit:
Uitzonderingen op de vergunningplicht zijn opgenomen in de wet en bijbehorende uitvoeringsregelgeving. De provincie (en in sommige gevallen het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) kan een omgevingsvergunning verlenen die toestaat in strijd met de verboden te handelen. Daarnaast kan de provincie (en in sommige gevallen het Rijk) vergunningvrije gevallen aanwijzen. Aan beide zijn strenge voorwaarden verbonden.
De wet bevat daarnaast algemene regels voor in het wild levende vogels:
De wet biedt bescherming aan alle in gebruik zijnde nesten en rustplaatsen van vogels, inclusief de functionele omgeving om het broeden succesvol te laten zijn. De nestbescherming geldt voor alle soorten gedurende het broedseizoen en voor een beperkt aantal soorten jaarrond. Nesten van zomertalingen zijn alleen gedurende het broedseizoen beschermd. Er zijn geen natuurgebieden voor deze soort aangewezen.
© Foto's: AGAMI © Illustraties vogels: Elwin van der Kolk © Video's: Natuur Digitaal