European Nightjar, Caprimulgus europaeus - Nachtzwaluwen (Caprimulgidae)
De mysterieuze nachtzwaluw broedt in Nederland op heidevelden, zandverstuivingen en in open dennenbossen. Nachtzwaluwen broeden op de grond, op kale bodem. In de avond en nacht vangen ze grote insecten (nachtvlinders) tijdens de vlucht. De nachtzwaluw is een lange-afstandstrekker die overwintert in tropisch Afrika. Zijn geluid is een zeer kenmerkende ratel.
Bruingrijze vogel met beigewitte en zwarte onderdelen. Rust overdag in de lengte van een tak en door z'n schutkleuren daarmee zo goed als onzichtbaar. Vliegt geruisloos en wendbaar, biddend en dan weer glijdend. Vangt insecten in de vlucht. Heeft zeer witte vleugelvlekken en staarthoeken. Die ontbreken bij vrouwtjes en jonge vogels.
Karakteristiek ratelend geluid dat van ver te horen is. Vrijwel alleen in het donker (of diepe schemer) en in de broedtijd te horen: "Tjurrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrr....urrrrrrrrrrrrrr" Slaat ook met vleugels tegen elkaar tijdens de balts. Als de man een vrouwtje ziet, vertraagt de ratel. Roep een nasaal "Krullet".
24,5-28 cm
Broedt van mei tot augustus. Heeft één of twee broedsels per jaar (tweede broedsel ineengeschoven met eerste), met 1-2 eieren. Broedduur 17-21 dagen (vanaf het moment dat beide eieren gelegd zijn). Maakt geen nest, eieren op kale bodem onder een boom, bosje of struik. Het vrouwtje zit op de eieren. Als het vrouwtje een tweede nest begint, neemt het mannetje het eerste nest over. De jongen zijn met 30-35 dagen zelfstandig en beginnen vanaf dag 15 met vliegoefeningen.
De nachtzwaluw broedt in Nederland op heidevelden, zandverstuivingen en in open dennenbossen, met name op de Veluwe en in Brabant. Er zijn kleinere populaties in Drenthe, Limburg en Overijssel. Ook op enkele plaatsen in de duinen.
Het voedsel bestaat uit grote insecten - vooral nachtvlinders, maar ook libellen, kevers, vliegen etc. - die in de vlucht worden gevangen.
Lange-afstandstrekker die in tropisch Afrika overwintert, vooral in oostelijke en zuidelijke delen van het continent. Trekt vanaf voornamelijk eind augustus - begint al in juli - in een breed front in zuidwestelijke richting, wegtrek die aanhoudt tot oktober/november. Vanaf maart trekken ze in omgekeerde richting om in april-mei weer in het broedgebied aan te komen.
vrij schaarse broedvogel | wegtrekkend | doortrekker in klein aantal
Rond 1975 werd het aantal nachtzwaluwen geschat op zo'n 1000 broedpaar. Toen was er sprake geweest van een duidelijke afname vanaf de jaren vijftig. Intussen is er sinds 1990 sprake van ronduit positieve trend, tot 2600-2900 paar (2014).
Aantal broedparen | 3000-4100 (in 2018-2020) |
Geschat maximum aantal overwinteraars | aantal onbekend |
Doortrekkers | 500-2000 (in 2008-2012) |
Bron: sovon.nl
Meer weten over trends? Kijk op sovon.nl.
Bron en meer waarnemingen: Waarneming.nl
Luister naar ratelende nachtzwaluwen tijdens windstille, liefst zwoele avonden van mei-juli, in bekende broedgebieden van de soort (vooral Veluwe, Noord-Brabant).
Komt in grote delen van Europa voor, maar niet het boven het zuidelijk deel van Scandinavië; schaars in Groot-Brittannië en Ierland. Ontbreekt in het Alpengebied en grote delen van Spanje.
Grootste probleem voor de nachtzwaluw vormt het ongeschikt worden van het leefgebied doordat successie plaatsvindt. Dat proces wordt versneld door de stikstof die vanuit lucht neerslaat (oorzaak: intensieve landbouw en verkeer). Veel heidevelden vergrassen daardoor en voedsel voor de nachtzwaluw verdwijnt op die manier. En ook verdwijnen onbegroeide plekken, zodat nachtzwaluwen moeite hebben een broedplek te vinden, want ze broeden op de kale grond. Onduidelijk is welke bedreigingen er bestaan in de overwinteringsgebieden. De recente opleving is deels bevorderd door selectieve boskap en andere vormen van heideherstel die tot vergroting van broedhabitat leiden. Wellicht is er ook effect van klimaatverandering.
Vogelbescherming maakt zich sterk voor een forse reductie van de stikstof in de lucht, die er nu voor zorgt dat natuurgebieden worden 'bemest'. Dat doen we zowel voor als achter de schermen. Daarnaast overleggen we met terreinbeheerders over de beste aanpak. In 2007 organiseerden we samen met Sovon het Jaar van de Nachtzwaluw om kennis op te doen over deze soort en bij een breder publiek de nachtzwaluw te introduceren.
Terreinbeheerders kunnen hun beheer afstemmen op deze soort. Dan gaat het om kleinschalig plaggen in plaats van machinale bewerking. Niet té veel grote grazers inzetten, maar wel laten begrazen, omdat er zo meer insecten komen, het voedsel voor de nachtzwaluw. Open plekken in bos zijn goed voor nachtzwaluwen, ze profiteren van het kaalkapsysteem. Intensieve recreatie is uit den boze voor deze soort.
Ben je vogelaar, dan kun je helpen met inventarisaties van de nachtzwaluwen.
De nachtzwaluw is een beschermde inheemse vogelsoort. Net als alle andere vogels die van nature in het wild in Nederland voorkomen, zijn nachtzwaluwen beschermd op grond van de Europese Vogelrichtlijn. De bescherming van de nachtzwaluw wordt in Nederland geregeld door de Omgevingswet.
De wet verbiedt het om zonder omgevingsvergunning voor een flora- en fauna-activiteit:
Uitzonderingen op de vergunningplicht zijn opgenomen in de wet en bijbehorende uitvoeringsregelgeving. De provincie (en in sommige gevallen het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) kan een omgevingsvergunning verlenen die toestaat in strijd met de verboden te handelen. Daarnaast kan de provincie (en in sommige gevallen het Rijk) vergunningvrije gevallen aanwijzen. Aan beide zijn strenge voorwaarden verbonden.
De wet bevat daarnaast algemene regels voor in het wild levende vogels:
De wet biedt bescherming aan alle in gebruik zijnde nesten en rustplaatsen van vogels, inclusief de functionele omgeving om het broeden succesvol te laten zijn. De nestbescherming geldt voor alle soorten gedurende het broedseizoen en voor een beperkt aantal soorten jaarrond. Nesten van nachtzwaluwen zijn alleen gedurende het broedseizoen beschermd.
Verschillende broedgebieden van nachtzwaluwen zijn aangewezen en beschermd als Natura 2000-gebied. De belangrijkste daarvan zijn Veluwe en Brabantse wal. Voor deze gebieden gelden strenge regels voor alle activiteiten die mogelijk negatieve gevolgen kunnen hebben op de natuurwaarden waarvoor het gebied is aangewezen. De betreffende gebieden zijn te vinden in een database van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.
© Foto's: AGAMI © Illustraties vogels: Elwin van der Kolk © Video's: Natuur Digitaal