Geplaatst op 4 februari 2014
Nu de bomen nog kaal zijn, zijn de grote bolvormige nesten van de ekster goed zichtbaar. Eksters zijn in de winter al bezig met het opknappen van oude nesten of het bouwen van nieuwe. De ‘bol’ heeft al gauw een doorsnee van zo’n veertig centimeter en een lengte van zeventig centimeter. Met aan de bovenkant een ‘dakje’ tegen indringers. Hij bouwt de nesten van takken en twijgen. Van binnen bekleedt de ekster zijn nest met klei en grassen, wortels en haren.
Er is een volkswijsheid die zegt dat het vlechtwerk van een eksternest zo dicht is dat een schot hagel er niet doorheen komt. Don’t try this at home, en waarom zou je ook een schot hagel afvuren op een eksternest? Het antwoord ligt mogelijk in een andere hardnekkige volkswijsheid: eksters zijn dieven. Ze stelen je tafelzilver - zoals la gazza ladra (= de diefachtige ekster) in de gelijknamige opera van Rossini.
Of een ekster een voorkeur heeft voor glinsterende voorwerpen is maar de vraag. Het is in ieder geval nooit bewezen dat hij er met zilverwerk vandoor gaat. Een ekster is wel extreem nieuwsgierig. Hij stapt op onbekende voorwerpen af en onderzoekt ze.
Misschien maakt die onbevreesde onderzoeksdrift de ekster wel minder geliefd. Hij is ook nog eens slim; hij herkent zichzelf in een spiegel en sommige eksters herkennen de gezichten van onderzoekers die hun nest hebben belaagd.
Eksters ‘stelen’ de eitjes en jonge vogeltjes uit andere nesten. Dat is zijn menu: wormen, insecten, soms etensresten en dus inderdaad ook wel een ei of kuiken van een zangvogeltje, maar alleen in de broedperiode om aan zijn eigen kroost te voeren.
De ekster is monogaam, met een duidelijke rolverdeling. De vrouw legt, uiteraard, de eieren (4 tot 8) en bebroedt ze. De man zorgt voor het eten. Na ruim drie weken verlaten de jongen het nest. Jonge eksters trekken vaak in luidruchtige groepen met elkaar op. Maar ondanks zijn stoere uiterlijk heeft de ekster toch een soft spot. Zoals alle kraaiachtigen is hij een zangvogel en soms kun je een ekster betrappen die zachtjes voor zichzelf een liedje zit te murmelen. De blanke pit van de ruwe bolster.